“Het geweld van de Belgische gevangenissen: excessief geweld is alleen mogelijk in een instituut waar geweld ingebakken zit”
Toen ik nog les gaf in de gevangenis van Sint-Gillis, schreef ik in De Standaard van 19 november 2009 onderstaand opiniestuk over het geweld in de Belgische gevangenissen.
Aanleiding was de revolte in de gevangenis van Andenne die er kwam als reactie op de mishandeling en religieuze vernedering door de politie van gevangenen in Vorst, en de moord op Michael Tekin in de gevangenis van Jamioulx. Een rappel over wat zestien jaar geleden gebeurde, maar met de hete zomer in onze gevangenissen voor de deur voor de deur meer dan actueel.
De Standaard 19 november 2009
https://www.standaard.be/opinies/het-geweld-van-de-belgische-gevangenissen/46370723.html
“Een verslag van de Commissie van Toezicht van de gevangenis van Vorst bracht aan het licht hoe politieagenten van de zone Brussel-Zuid gedetineerden in de gevangenis van Vorst vernederden en in het kruis sloegen. Volgens LUK VERVAET is dat soort geweld in gevangenissen helemaal niet zo zeldzaam.
Enkele tientallen gevangenen hebben dinsdagavond lokalen en computers vernield in de gevangenis van Andenne. Het gebeurde nog geen 24 uur na het nieuws over het geweld van Brusselse politiemannen tegen gedetineerden in de gevangenis van Vorst op 22 september en 30 oktober. Tegelijk hadden verschillende media de inbeschuldigingstelling gemeld van drie gevangenisbewakers van de gevangenis van Jamioulx voor slagen en verwondingen met de dood tot gevolg van de 31-jarige gedetineerde Michael Tekin in augustus van dit jaar. Het geweld en de vernielingen in Andenne zijn zowat de enige vorm van protest en communicatie naar de buitenwereld die de gevangenen kennen. Iedere andere vorm van protest is, wat de wetten ook mogen beweren, uitgesloten. Een gevangenenorganisatie, die de belangen van de gevangenen zou kunnen behartigen en onderhandelen met directie, personeel en buitenwereld, is onbestaande. Maar ook een petitie opstellen en ondertekenen wordt gezien als onduldbare groepsvorming en wordt onvermijdelijk gevolgd door een transfer van de opstellers naar andere gevangenissen. 'Alleen geweld helpt, waar geweld heerst', zei Bertolt Brecht ooit. Een gezegde dat goed de gebeurtenissen van de voorbije dagen en weken illustreert.
Rotte appels
Nu ik mijn werk als leraar in de gevangenis van Sint-Gillis voorlopig kwijt ben omwille van 'veiligheidsredenen', neem ik me voor de nota's die ik er elke dag maakte ooit eens neer te schrijven in een boek. Mijn titel zou zijn : 'Het geweld van de gevangenis'. Want dat is wat mij het meeste opviel tijdens mijn jaren als gevangenisleraar. Het misdadige gedrag van de politie in de gevangenis van Vorst of van de gevangenisbewakers in Jamioulx spreekt natuurlijk tot de verbeelding. En men haast zich om een onderzoek aan te kondigen en te zeggen dat het om uitzonderingen gaat, om spreekwoordelijke rotte appels in de mand.
Ik meen dat zulk excessief geweld echter alleen maar mogelijk is in een instituut waar geweld structureel ingebakken zit. Geweld begint van zodra je de verborgen wereld van de gevangenis betreedt. Er is het afnemen van je kleren en het toekennen van een gevangenisplunje, een persoonlijk nummer en een celnummer. Het verplicht fysiek betasten van gedetineerden één of meerdere keren per dag. Het openlijke en geheime doorzoeken door bewakers van alle persoonlijke bezittingen in een cel, als de gevangenen 'op wandeling' zijn. De camera's en de kijkgaatjes in de celdeur, die elke vorm van intimiteit en privacy onmogelijk maken. De militaire organisatie, de bevelen en de rapporten over het gedrag van de gevangene. De verstikkend kleine cellen voor te veel gevangenen. Bij de zwaksten slaan de stoppen onvermijdelijk door.
Binnen die structuur van geweld ontwikkelt zich het geweld van elke dag. Ik heb vaak gediscussieerd met mijn leerlingen om verbale agressies en vechtpartijen tussen gevangenen die een cel moeten delen te voorkomen (en zo ook hun transfer te vermijden naar het cachot, wat altijd volgt op een bedreiging of een vuistslag). Er is het geweld tussen gevangenen en cipiers: een cipier die ik goed kende, kreeg een slag op het hoofd met een fles. Hij was enkele weken werkonbekwaam. Er is het stelen van het weinige dat er te stelen valt in een gevangenis: een gevangenisvest, een handdoek in een douche. Het altijd dreigende geweld tegen de pedofielen. Een deel van de gevangenen dat niet naar de wandeling durft te gaan uit schrik voor incidenten, voor drugs, voor afpersing. Iemand die zich van de tweede verdieping naar beneden gooit. Een gevangene die zich de armen en de borst openkrast en bloedend wordt afgevoerd naar de ziekenboeg.
Bagram
Het is pas bovenop dit structurele en dagelijkse geweld van de gevangenis dat we sinds jaren een evolutie meemaken naar meer en meer excessieve daden van geweld. In de eerste plaats omwille van de overbevolking: in de grote meerderheid van de Europese landen, België incluis, is de gevangenispopulatie gestegen met 60procent tegenover 1970. Met alle menselijke en materiële problemen tot gevolg.
Ten tweede is er de verschuiving in de samenstelling van de gevangenispopulatie en de gewelddadige gevolgen ervan. De gevangenispopulatie was altijd al in overgrote meerderheid afkomstig uit de onderste regionen van de samenleving. Die groep wordt vandaag meer en meer bevolkt door mensen van migrantenorigine. Het is onmiskenbaar dat het excessief geweld dat toeneemt in de gevangenissen ook een racistische (en vooral een islamofobe) grond heeft. De beelden van Abu Ghraib, Bagram en andere Guantanamo's en de verdediging, of passieve aanvaarding, van foltering in naam van de efficiënte strijd tegen de terreur, hebben meer sporen nagelaten in het collectieve bewustzijn dan men vaak wil erkennen.
Op 11 november 2006 mishandelden drie dronken gevangenisbewakers gedetineerden uit de psychiatrische vleugel van de gevangenis van Bergen (Mons) naar het recept van Abu Ghraib: ze lieten ze rondkruipen op handen en voeten, waarbij ze bevelen moesten opvolgen - 'zitten' en 'likken', met een lus rond de nek. Het racistische karakter van de laatste politie-interventie in Vorst spreekt opnieuw boekdelen: de gevangene die op zijn knieën, naakt en wenend, beledigingen aan het adres van de profeet Mohammed moet herhalen. Er is vandaag veel meer nood aan een andere maatschappelijke kijk en aanpak van misdaad en detentie, dan aan nieuwe gevangenissen.
LUK VERVAET
Wie?
Werkt al meer dan vijf jaar als taalleraar in de gevangenis van Sint-Gillis.
Wat?
De wantoestanden in de gevangenis van Vorst zijn geen alleenstaand geval.
Waarom?
De fel gestegen gevangenispopulatie verhoogt de druk enorm."
Commentaires