“De gevangenis is een landschap”. De film The Prison in Twelve Landscapes in het Film Plateau in Gent.
Luk Vervaet
(speciaal voor mijn zus, haar dochter en een vriendin die helemaal naar Gent kwamen afgezakt om de film 12 Landscapes te zien)
In het Film Plateau in Gent (1) mocht ik een nabespreking geven van een gevangenisfilm, de documentaire The Prison in 12 landscapes van de Canadese Brett Story (2). Misschien was een voorbespreking meer op zijn plaats geweest, omdat de film niet ondertiteld is en de Amerikaanse gevangenisproblematiek vanuit voor ons onverwachte hoeken wordt belicht.
De film brengt niet de miserie van de gevangenis in beeld, een realiteit die voor kritische filmmakers trouwens meer en meer ontoegankelijk wordt. Maar hij schildert de gevangenis in het landschap van de Amerikaanse samenleving. Net als een landschap is het ritme kalm. Geen zucht naar sensatie, zoals die in Youtube clips en docu’s kan vinden over de gevangenissen die “The worst of the worst” huisvesten. Zonder het misprijzen of het paternalisme tegenover gedetineerden en hun families, zoals je dat vindt in de Belgische documentaire “Ni juge, ni soumise”, die zopas een Franse César kreeg.
In twaalf filmpanelen brengt 12 landscapes in beeld hoe diep verankerd, genormaliseerd en verweven de gevangenis zit in alle facetten van de Amerikaanse maatschappij. “De gevangenis is niet dat gebouw dat ver van ons afstaat, het is een machtsstructuur die diep in onze relaties, onze economie, ons landschap rondom os zit, zegt Brett Story .
De film begint in het zwart. Een nachtbus vol met families en kinderen, op weg naar een gevangenisbezoek in de Attica Correctional Facility in New York. Een kind slaapt op mama’s schoot. Op de achtergrond klinken de telefonische boodschappen voor een gevangene, die moeders en echtgenotes inspreken op een gevangenisradio. Boodschappen, die meestal alleen maar dienen om “we love you” te zeggen en om de andere kant aan de lijn gerust te stellen dat alles goed gaat.
In een later stuk komen de families opnieuw in beeld, in New York, wachtend op de bus. Twee vrouwen discuteren over wat het hen kost om via de telefoon contact te houden met hun familiesleden in de gevangenis. We zien die mensen nooit binnengaan in een gevangenis. De enige keer dat we in de film een gevangenis te zien krijgen is bij het allerlaatste beeld van de film.
De twaalf filmpanelen zijn een reis doorheen verschillende Amerikaanse steden en thema’s.
Is de gevangenis een plaats die voorbereidt op re-integratie in de maatschappij?
Brett Story toont mensen die uit de gevangenis komen, zonder enig perspectief op integratie in de maatschappij of op arbeidsmarkt. Een vriendelijke, jong uitziende ex-gevangene, die bij nader toezien 27 jaar in de gevangenis heeft gezeten, zit alleen maar te kijken naar voorbijgangers in de straat en naar hoe de oude stad verdwijnt om plaats te maken voor woningen aan het dubbele van de huurprijs.
In een park, ex-gevangenen, die leerden schaken in de gevangenis en die nu professioneel schaakspelen in een park om iets te verdienen. In de Bronx een ex-gedetineerde die een soort warenhuis heeft geopend waar families producten kunnen kopen die naar maat en vorm voldoen aan de gevangenisreglementen.
We zien immense vuurhaarden en horen - voice-over - de stem van een gevangene, lid van een vrouwelijke firefighter brigade, die ingezet wordt om die branden te bestrijden. Net als de anderen uit haar brigade wil ze graag firefighter worden na de gevangenis. Maar zegt ze, dat is voor ons zo goed als onmogelijk.
In Los Angeles, parken met verboden toegang voor vrijgelaten zedendelinquenten. Op de achtergrond, voice-over, een radiodebat met voor en tegenstanders van die maatregel.
We zien de rol van de gevangenissen in de verarmde Amerikaanse streken waar alle industriële activiteit verdwenen is. Een man in een voormalige kolenstad in Kentucky hoopt op de inplanting van een gevangenis : dat is tenminste een instelling die men niet kan de-lokaliseren zoals een fabriek, zegt hij. Of een jongere die hoopt dat de gevangenis banen zal creëren, want die zijn er hier niet meer.
De film brengt het racisme van de Amerikaanse samenleving en in de gevangenissen. Met historische beelden van de gewelddadige onderdrukking van de opstanden van de zwarte gemeenschap in Detroit in 1967. Ze waren het begin van de “War on crime” van de presidenten Johnson en Nixon, die de gevangenispopulatie zou doen exploderen. Brett Story brengt ons daarna naar de dood, op 9 augustus 2014, van Michael Brown. Naar een protestmanifestatie tegen deze politiemoord: “Hands up ! Don’t shoot !” En naar de
Black lives matter movement,. In de ook bij ons beruchte stad Ferguson brengt ze het beeld van een file voor het gerechtsgebouw, waar hoofdzakelijk Afro-Amerikaanse mensen hun verkeersboetes moeten komen betalen. Mensen doen er hun verhaal over racistische willekeur van de politie en over de onrechtmatige arrestaties en boetes. Wie geen geld heeft gaat de gevangenis in.
In een ander paneel getuigt een vrouw uit Missouri die 170 dollar boete moet betalen haar vuilbak geen passend deksel heeft en die verkiest in de gevangenis te gaan in plaats van die boete te betalen. Vijftien dagen gevangenisstraf.
We krijgen een onverwachte rondleiding in de grote, bijna militair bewaakte buildings van Quicken loans, een van de grootste maatschappijen voor hypothecaire leningen met de miljardair Dan Gilbert aan het hoofd. Via zijn holding Rock Ventures zit de miljardair ook achter de bouw in Detroit van een gevangeniscomplex voor 2.280 gedetineerden, inclusief een bureau voor de sheriff, een jeugdinstelling en een rechtbank. Kostprijs 533 miljoen dollar.
De gevangenisexplosie
De rondrit in de landschappen sluit af met het beeld van een van de duizenden gevangenissen in de VS.
In een commentaar op haar film stelt Brett Story:
“In de VS zitten er 2.200.000 mensen in de gevangenis. Veertig jaar geleden waren er dat 300.000… En toch, zegt ze, lijken gevangenissen verder van ons af staan dan ooit… Het is alsof de gevangenissen, en de mensen die erin zitten, verdwenen zijn”. Wanneer het over het Amerikaanse gevangenissysteem gaat spreekt de bekende Noorse criminoloog Nils Christie over “de Amerikaanse goulag”. Loïc Wacquant heeft het over “de Amerikaanse gevangeniswaanzin, die zijn gelijke niet kent in de menselijke geschiedenis”.
Met een bevolking van 315 miljoen inwoners zijn de Verenigde Staten het land met de hoogste opsluitingsgraad ter wereld. 710 inwoners op 100 000 zitten in de gevangenis. Voor de Afro-Amerikaanse bevolking gaat het om 1.408 personen op 100.000, voor de Latino-Amerikanen om 378 op 100.000 en bij de blanke bevolking om 275 op 100.000. Een zwarte heeft dus vijf keer meer kans op opsluiting dan een blanke. Bij dit cijfer moet men de 840.000 Amerikanen bijtellen die vrij zijn “on parole” (in voorwaardelijke vrijheid) en 3.7 miljoen « on probation » (onder controle van de justitie).
De film opent de discussie over de globalisering van het Amerikaanse gevangenissysteem over de hele planeet. Rond elk landschap is de discussie mogelijk: hoe is het leven van families van gedetineerden hier bij ons? Hoe verloopt een gevangenisbezoek bij ons? Hoeveel gevangenissen, detentiecentra voor illegalen, jeugdinstellingen zijn er bij ons? Is het enorme cijfer van het aantal gevangenen, die men bij ons “vreemdelingen” noemt, vergelijkbaar met dat van de detentiegraad van de zwarten in Amerika? Wie ingaat op die thema’s zal vaststellen dat onze kennis van het gevangenissysteem bij ons er niet beter aan toe is dan in de VS.
Rond de globalisering van het Amerikaanse gevangenissysteem had ik een interview met MO* een zestal jaar geleden en houd ik ook een website bij www.supermax.be vooral rond het gebruik van de eenzame opsluiting in de gevangenissen.
Misschien een punt om over na te denken en om af te sluiten.
Net als in Amerika wordt de gevangenis ook bij ons een product waar geld mee te verdienen valt. Men hoeft maar naar de lucratieve contracten te kijken die multinationals binnenslepen voor de bouw en het onderhoud van onze nieuwe gevangenissen. Net als in Amerika wordt de gevangenis een middel, niet voor justitie, maar voor de economie, voor de werkgelegenheid in streken en gemeenten die kampen met werkloosheid.
Zo verkocht ex-minister Stefaan De Clerck de bouw van de nieuwe gevangenissen in zijn nota « de sociale impact van de gevangenis » als volgt. De gevangenis, zegt hij, creëert jobs, rechtstreeks (“een gevangenis met 444 plaatsen betekent 500 jobs voor minstens 100 jaar”) of onrechtstreeks (lokale politie nodig voor gevangenentransport, organismen voor hulp aan gedetineerden, justitiehuizen, toeleveraars aan de gevangenissen etc.), Zonder te vergeten de algemene activiteit die ontwikkeld wordt door het feit dat leden van het personeel en hun families zich in de streek vestigen (logement, scholen etc).
Een redenering die gevolgd wordt door burgemeesters van alle politieke partijen en kleuren. De aangekondigde bouw van een nieuwe gevangenis in Sugny (Vresse-sur-Semois), in de provincie Namen, werd toegejuicht door de burgemeester Albert Leduc. Voor de burgemeester moet de nieuwe gevangenis “zo’n 300 werkplaatsen scheppen en een nieuw elan geven aan de gemeente en aan het zuiden van de provincie Namen”.
Toen het nieuws kwam dat er voor het eerst ook in Oostende een nieuwe gevangenis voor 312 gevangenen zou gebouwd worden in de industriezone Plassendale, werd ook daar positief gereageerd. De gevangenis zou 700 jobs creëren in de regio. ‘Dit is een goede zaak voor de regio en de tewerkstelling”, zo stelde toenmalig burgemeester Jean Vandecasteele (SP.A).
Hetzelfde in Beveren. Daar luidde het zo : de nieuwe gevangenis biedt vooral kansen voor de tewerkstelling en voor de lokale economie. De gevangenis behoort tot de quartaire sector en zal met 350 à 400 extra banen het niveau van de quartaire sector gevoelig uitbreiden. De gevangenis betekent allicht ook bijkomende opdrachten voor onze gemeente, bijvoorbeeld voor het begeleiden van gevangenen (politie) of de maatschappelijke reïntegratie (OCMW).
De directice van de gevangenis van Beveren : “De nieuwe gevangenis is alleszins op vlak van lokale werkgelegenheid een goede zaak. Er zullen 265 mensen werken, waarvan 220 bewakingspersoneelsleden en 45 mensen in directie en administratie.
Er zijn trouwens nog steeds vacatures voor bewakingsassistent en administratieve kracht. De aanwervingen gebeuren via Selor, het selectiebureau van de overheid. Verder hebben wij uiteraard heel wat producten nodig in de gevangenis. Lokale bedrijven kunnen onder meer voeding leveren voor onze kantine. En zoals ik daarnet al zei: lokale bedrijven kunnen ons ook contacteren als ze klusjes hebben die in een van onze vier ateliers kunnen gebeuren.”
Is this America ?
Nota's
(1) Filmvoorstelling georganiseerd door het Kurdish Institute of Brussels, Menarg, Middle East and North Afrika Research Group UGent, Vrede vzw en Masereelfonds Gent.
(2) Brett Story is a writer and independent non-fiction filmmaker based out of Toronto and New York. I have worked with prisoners and on criminal justice issues, in Canada and the USA, for over a decade as an activist, journalist, artist and academic.
(speciaal voor mijn zus, haar dochter en een vriendin die helemaal naar Gent kwamen afgezakt om de film 12 Landscapes te zien)
In het Film Plateau in Gent (1) mocht ik een nabespreking geven van een gevangenisfilm, de documentaire The Prison in 12 landscapes van de Canadese Brett Story (2). Misschien was een voorbespreking meer op zijn plaats geweest, omdat de film niet ondertiteld is en de Amerikaanse gevangenisproblematiek vanuit voor ons onverwachte hoeken wordt belicht.
De film brengt niet de miserie van de gevangenis in beeld, een realiteit die voor kritische filmmakers trouwens meer en meer ontoegankelijk wordt. Maar hij schildert de gevangenis in het landschap van de Amerikaanse samenleving. Net als een landschap is het ritme kalm. Geen zucht naar sensatie, zoals die in Youtube clips en docu’s kan vinden over de gevangenissen die “The worst of the worst” huisvesten. Zonder het misprijzen of het paternalisme tegenover gedetineerden en hun families, zoals je dat vindt in de Belgische documentaire “Ni juge, ni soumise”, die zopas een Franse César kreeg.
In twaalf filmpanelen brengt 12 landscapes in beeld hoe diep verankerd, genormaliseerd en verweven de gevangenis zit in alle facetten van de Amerikaanse maatschappij. “De gevangenis is niet dat gebouw dat ver van ons afstaat, het is een machtsstructuur die diep in onze relaties, onze economie, ons landschap rondom os zit, zegt Brett Story .
De film begint in het zwart. Een nachtbus vol met families en kinderen, op weg naar een gevangenisbezoek in de Attica Correctional Facility in New York. Een kind slaapt op mama’s schoot. Op de achtergrond klinken de telefonische boodschappen voor een gevangene, die moeders en echtgenotes inspreken op een gevangenisradio. Boodschappen, die meestal alleen maar dienen om “we love you” te zeggen en om de andere kant aan de lijn gerust te stellen dat alles goed gaat.
In een later stuk komen de families opnieuw in beeld, in New York, wachtend op de bus. Twee vrouwen discuteren over wat het hen kost om via de telefoon contact te houden met hun familiesleden in de gevangenis. We zien die mensen nooit binnengaan in een gevangenis. De enige keer dat we in de film een gevangenis te zien krijgen is bij het allerlaatste beeld van de film.
De twaalf filmpanelen zijn een reis doorheen verschillende Amerikaanse steden en thema’s.
Is de gevangenis een plaats die voorbereidt op re-integratie in de maatschappij?
Brett Story toont mensen die uit de gevangenis komen, zonder enig perspectief op integratie in de maatschappij of op arbeidsmarkt. Een vriendelijke, jong uitziende ex-gevangene, die bij nader toezien 27 jaar in de gevangenis heeft gezeten, zit alleen maar te kijken naar voorbijgangers in de straat en naar hoe de oude stad verdwijnt om plaats te maken voor woningen aan het dubbele van de huurprijs.
In een park, ex-gevangenen, die leerden schaken in de gevangenis en die nu professioneel schaakspelen in een park om iets te verdienen. In de Bronx een ex-gedetineerde die een soort warenhuis heeft geopend waar families producten kunnen kopen die naar maat en vorm voldoen aan de gevangenisreglementen.
We zien immense vuurhaarden en horen - voice-over - de stem van een gevangene, lid van een vrouwelijke firefighter brigade, die ingezet wordt om die branden te bestrijden. Net als de anderen uit haar brigade wil ze graag firefighter worden na de gevangenis. Maar zegt ze, dat is voor ons zo goed als onmogelijk.
In Los Angeles, parken met verboden toegang voor vrijgelaten zedendelinquenten. Op de achtergrond, voice-over, een radiodebat met voor en tegenstanders van die maatregel.
We zien de rol van de gevangenissen in de verarmde Amerikaanse streken waar alle industriële activiteit verdwenen is. Een man in een voormalige kolenstad in Kentucky hoopt op de inplanting van een gevangenis : dat is tenminste een instelling die men niet kan de-lokaliseren zoals een fabriek, zegt hij. Of een jongere die hoopt dat de gevangenis banen zal creëren, want die zijn er hier niet meer.
De film brengt het racisme van de Amerikaanse samenleving en in de gevangenissen. Met historische beelden van de gewelddadige onderdrukking van de opstanden van de zwarte gemeenschap in Detroit in 1967. Ze waren het begin van de “War on crime” van de presidenten Johnson en Nixon, die de gevangenispopulatie zou doen exploderen. Brett Story brengt ons daarna naar de dood, op 9 augustus 2014, van Michael Brown. Naar een protestmanifestatie tegen deze politiemoord: “Hands up ! Don’t shoot !” En naar de
Black lives matter movement,. In de ook bij ons beruchte stad Ferguson brengt ze het beeld van een file voor het gerechtsgebouw, waar hoofdzakelijk Afro-Amerikaanse mensen hun verkeersboetes moeten komen betalen. Mensen doen er hun verhaal over racistische willekeur van de politie en over de onrechtmatige arrestaties en boetes. Wie geen geld heeft gaat de gevangenis in.
In een ander paneel getuigt een vrouw uit Missouri die 170 dollar boete moet betalen haar vuilbak geen passend deksel heeft en die verkiest in de gevangenis te gaan in plaats van die boete te betalen. Vijftien dagen gevangenisstraf.
We krijgen een onverwachte rondleiding in de grote, bijna militair bewaakte buildings van Quicken loans, een van de grootste maatschappijen voor hypothecaire leningen met de miljardair Dan Gilbert aan het hoofd. Via zijn holding Rock Ventures zit de miljardair ook achter de bouw in Detroit van een gevangeniscomplex voor 2.280 gedetineerden, inclusief een bureau voor de sheriff, een jeugdinstelling en een rechtbank. Kostprijs 533 miljoen dollar.
De gevangenisexplosie
De rondrit in de landschappen sluit af met het beeld van een van de duizenden gevangenissen in de VS.
In een commentaar op haar film stelt Brett Story:
“In de VS zitten er 2.200.000 mensen in de gevangenis. Veertig jaar geleden waren er dat 300.000… En toch, zegt ze, lijken gevangenissen verder van ons af staan dan ooit… Het is alsof de gevangenissen, en de mensen die erin zitten, verdwenen zijn”. Wanneer het over het Amerikaanse gevangenissysteem gaat spreekt de bekende Noorse criminoloog Nils Christie over “de Amerikaanse goulag”. Loïc Wacquant heeft het over “de Amerikaanse gevangeniswaanzin, die zijn gelijke niet kent in de menselijke geschiedenis”.
Met een bevolking van 315 miljoen inwoners zijn de Verenigde Staten het land met de hoogste opsluitingsgraad ter wereld. 710 inwoners op 100 000 zitten in de gevangenis. Voor de Afro-Amerikaanse bevolking gaat het om 1.408 personen op 100.000, voor de Latino-Amerikanen om 378 op 100.000 en bij de blanke bevolking om 275 op 100.000. Een zwarte heeft dus vijf keer meer kans op opsluiting dan een blanke. Bij dit cijfer moet men de 840.000 Amerikanen bijtellen die vrij zijn “on parole” (in voorwaardelijke vrijheid) en 3.7 miljoen « on probation » (onder controle van de justitie).
De film opent de discussie over de globalisering van het Amerikaanse gevangenissysteem over de hele planeet. Rond elk landschap is de discussie mogelijk: hoe is het leven van families van gedetineerden hier bij ons? Hoe verloopt een gevangenisbezoek bij ons? Hoeveel gevangenissen, detentiecentra voor illegalen, jeugdinstellingen zijn er bij ons? Is het enorme cijfer van het aantal gevangenen, die men bij ons “vreemdelingen” noemt, vergelijkbaar met dat van de detentiegraad van de zwarten in Amerika? Wie ingaat op die thema’s zal vaststellen dat onze kennis van het gevangenissysteem bij ons er niet beter aan toe is dan in de VS.
Rond de globalisering van het Amerikaanse gevangenissysteem had ik een interview met MO* een zestal jaar geleden en houd ik ook een website bij www.supermax.be vooral rond het gebruik van de eenzame opsluiting in de gevangenissen.
Misschien een punt om over na te denken en om af te sluiten.
Net als in Amerika wordt de gevangenis ook bij ons een product waar geld mee te verdienen valt. Men hoeft maar naar de lucratieve contracten te kijken die multinationals binnenslepen voor de bouw en het onderhoud van onze nieuwe gevangenissen. Net als in Amerika wordt de gevangenis een middel, niet voor justitie, maar voor de economie, voor de werkgelegenheid in streken en gemeenten die kampen met werkloosheid.
Zo verkocht ex-minister Stefaan De Clerck de bouw van de nieuwe gevangenissen in zijn nota « de sociale impact van de gevangenis » als volgt. De gevangenis, zegt hij, creëert jobs, rechtstreeks (“een gevangenis met 444 plaatsen betekent 500 jobs voor minstens 100 jaar”) of onrechtstreeks (lokale politie nodig voor gevangenentransport, organismen voor hulp aan gedetineerden, justitiehuizen, toeleveraars aan de gevangenissen etc.), Zonder te vergeten de algemene activiteit die ontwikkeld wordt door het feit dat leden van het personeel en hun families zich in de streek vestigen (logement, scholen etc).
Een redenering die gevolgd wordt door burgemeesters van alle politieke partijen en kleuren. De aangekondigde bouw van een nieuwe gevangenis in Sugny (Vresse-sur-Semois), in de provincie Namen, werd toegejuicht door de burgemeester Albert Leduc. Voor de burgemeester moet de nieuwe gevangenis “zo’n 300 werkplaatsen scheppen en een nieuw elan geven aan de gemeente en aan het zuiden van de provincie Namen”.
Toen het nieuws kwam dat er voor het eerst ook in Oostende een nieuwe gevangenis voor 312 gevangenen zou gebouwd worden in de industriezone Plassendale, werd ook daar positief gereageerd. De gevangenis zou 700 jobs creëren in de regio. ‘Dit is een goede zaak voor de regio en de tewerkstelling”, zo stelde toenmalig burgemeester Jean Vandecasteele (SP.A).
Hetzelfde in Beveren. Daar luidde het zo : de nieuwe gevangenis biedt vooral kansen voor de tewerkstelling en voor de lokale economie. De gevangenis behoort tot de quartaire sector en zal met 350 à 400 extra banen het niveau van de quartaire sector gevoelig uitbreiden. De gevangenis betekent allicht ook bijkomende opdrachten voor onze gemeente, bijvoorbeeld voor het begeleiden van gevangenen (politie) of de maatschappelijke reïntegratie (OCMW).
De directice van de gevangenis van Beveren : “De nieuwe gevangenis is alleszins op vlak van lokale werkgelegenheid een goede zaak. Er zullen 265 mensen werken, waarvan 220 bewakingspersoneelsleden en 45 mensen in directie en administratie.
Er zijn trouwens nog steeds vacatures voor bewakingsassistent en administratieve kracht. De aanwervingen gebeuren via Selor, het selectiebureau van de overheid. Verder hebben wij uiteraard heel wat producten nodig in de gevangenis. Lokale bedrijven kunnen onder meer voeding leveren voor onze kantine. En zoals ik daarnet al zei: lokale bedrijven kunnen ons ook contacteren als ze klusjes hebben die in een van onze vier ateliers kunnen gebeuren.”
Is this America ?
Nota's
(1) Filmvoorstelling georganiseerd door het Kurdish Institute of Brussels, Menarg, Middle East and North Afrika Research Group UGent, Vrede vzw en Masereelfonds Gent.
(2) Brett Story is a writer and independent non-fiction filmmaker based out of Toronto and New York. I have worked with prisoners and on criminal justice issues, in Canada and the USA, for over a decade as an activist, journalist, artist and academic.
Commentaires