Bittere nieuwjaarswensen uit de gevangenissen
Luk Vervaet, ex-gevangenisleraar
De wensen
voor een gelukkig, gezond, vredevol 2022 waren nog niet koud of de nationale
staking van de cipiers in de gevangenissen zette ons weer met de voeten op de
grond en de families van de gedetineerden op de straatstenen. Inzet: de
dramatische overbevolking van de gevangenissen die al bestaat sinds enkele decennia
en die ook dit jaar niet zal opgelost worden.
Een
socialistische vakbondsman zei op TV: “Gevangenen zitten met drie op cel.
Een van de drie slaapt op een matras op de grond. Als we ’s morgens de cel
willen binnengaan moeten we eerst vragen de matras weg te halen, anders kunnen
we de deur niet openen. Bij de voedselbedeling is er voor een van de drie geen
plaats aan tafel, hij eet zijn maaltijd op de toiletpot.”. Men vraagt zich
af hoe het zit met de zorg in zo’n overbevolkte gevangenis. Wat gebeurt er met
de talrijke zieken? Wanneer kan men daar nog een douche nemen? Hoeveel voedsel
is er beschikbaar? Is het verantwoord om in tijden van COVID mensen in
dergelijke omstandigheden op te sluiten? Wat gebeurt er als er een incident
plaatsvindt in zo’n cel, wat als er brand uitbreekt?
De vragen
stellen is ze beantwoorden.
Daarnaast
kwamen er verklaringen in de media over de noodzakelijke opvulling van het
kader, over de herwaardering van de rol van de gevangenis om gevangenen te re-integreren
in de maatschappij. En andere Nieuwjaars fabeltjes. De hoofdprijs werd afgeschoten door de
bevoegde minister Vincent Van Quickenborne. Die verklaarde op TV dat de
overbevolking maar een tijdelijk fenomeen was (het bulderend gelach in de
gevangenissen dat daarop volgde kwam niet in de uitzending). Ook gaat de
minister bedden leveren in plaats van alleen matrassen. En, zo zei hij, de nieuwe gevangenissen in
Haren en Dendermonde en detentiehuizen gaan het probleem oplossen. De opvulling
van het kader gaat geregeld worden. Dat zal meer dan nodig zijn, want vanaf
midden 2022 wil de minister boven op de huidige overbevolking, ook alle gevangenisstraffen
van minder dan drie jaar laten uitvoeren.
Schuldig
verzuim
De vraag
rijst of iedereen die verantwoordelijk is voor de huidige toestand zal vervolgd
worden voor het niet-verlenen van hulp aan mensen in nood. De wet zegt daarover
het volgende: “Indien geen hulp geboden wordt aan een persoon in nood,
riskeert men een gevangenisstraf van acht dagen tot één jaar en een geldboete
van € 400,00,- tot en met € 4.000,00,-. De maximumgevangenisstraf wordt
verhoogd tot twee jaar indien de persoon die in gevaar verkeert minderjarig is
of in een kwetsbare toestand verkeert ten gevolge van de leeftijd, zwangerschap
of een ziekte dan wel lichamelijk of geestelijk gebrek of onvolwaardigheid
indien deze toestand duidelijk bekend was voor de persoon die geen hulpverleende.”[1]
Nemen we
het voorbeeld van de gevangenis van de Begijnenstraat in Antwerpen. Die heeft plaats
voor 439 gedetineerden, maar midden november 2021 zaten daar 769 mensen achter
de tralies. Een bezettingsgraad van 175 procent.
Waarom
vaardigde de burgemeester geen verbod uit om nog gevangenen toe te laten in die
gevangenis wanneer de bezettingsgraad zowat het dubbele is dan wat is
toegelaten? Wat belet de vakbonden, die meer dan de directeurs de echte macht
hebben in de gevangenissen, om de opname van gedetineerden te weigeren als ze
boven het aantal beschikbare plaatsen gaan? Wat is de verantwoordelijkheid van
het medisch personeel in het toelaten van deze situatie? Wat met de magistratuur,
die net als de vakbonden onophoudelijk klagen over onderbezetting, maar die intussen
zonder ophouden doorgaan met het sturen van mensen naar de overbevolkte gevangenissen,
terwijl ze weten dat de toestanden er compleet inhumaan zijn.
Een halt
toeroepen aan deze situatie behoort tot de mogelijkheden en de bevoegdheden van
al die sectoren. Als het om de volksgezondheid gaat, hebben regering en
parlement de macht om hele sectoren van de maatschappij stil te leggen, maar
niet om een einde te maken aan het gezondheidsprobleem in de gevangenissen?
Commentaires